Griekse Vereniging van Eindhoven en omstreken

Egyptische goden in mijn achtertuin!

images/sanct 3.jpgDe rivierdelta is vruchtbaar. Ze is de groentetuin van de stad. In het noordwesten wordt ze afgesloten door een zoutmeertje en een broekland. In het zuidwesten ligt een kleiner moeras. Ook daar is de begroeiing overvloedig, vooral riet, veel en hoog. Het zoetwaterriviertje wordt via een duiker naar het strand in de baai geleid en mondt uit in een plas met visjes. Niet alleen de rivier, het riet en exotische arbeiders op de fiets doen me aan Egypte denken, de afslag op de Steenweg van Marathon wijst letterlijk naar Het heiligdom van de Egyptische goden.

 


De archeologische site ligt op een eilandje in het moeras en het plan van de centrale tempel is simpel. Binnen de vierkanten ommuring met poorten aan elke kant, lag een bouwwerk met overdekte gangen rond de trappen van een centrale structuur. Alleen die blokken steken vandaag nog boven het tempelplan uit. De vier ingangen, precies in de vier windrichtingen, hadden indrukwekkende poorten, met aan de binnen- en buitenkant grote marmeren beelden, o.a. twee van Isis en twee van Osiris. Binnen stonden nog meer beelden, van o.m. sfinxen en Horos, de vogelzoon van Isis en Osiris, en ook olielampen, king size, met afbeeldingen van goden en astrologische tekens van de Egyptische hemel. De originelen staan nu in galerij vijf van het charmante museumpje van Marathonas aan de overkant van de Steenweg, tussen de kweekserres van vandaag en de grafheuvels van vroeger.

 

 
images/sanct 5 nea makri.jpgOp de twee beelden van de godin valt het lichte kleed in plooien over lichaam en vooruitgeschoven linkerbeen, gehuld in een lange geplisseerde onderrok. Hun attributen zijn verschillend. De jongere godin, het gezicht wat fijner en dijen en boezem wat voller, heeft bloemen in beide handen en draagt op het hoofd, boven de uraeus-cobra, een mand. De wat oudere godin verwijst naar Ceres/Demeter met graan in de rechterhand, en op het hoofd, tussen de koeienhoorns, de zonneschijf met daarbovenop nog meer korenaren. De mannen stellen Osiris voor. Zoals zij, leerde hij de Egyptenaren graan verbouwen. En staan ze hier goed, in die vruchtbare tuin. Dat die twee, met bloot bovenlijf in het ornaat van een farao, de gelaatstrekken hebben van Antinoös, de minnaar van Keizer Hadrianus, zegt evenveel over hun datering uit de tweede eeuw als over het Romeinse maniërisme dat diverse Griekse mysteriën had overgenomen en stilaan uitgehold.

 


images/the augustus 2 bewerkt.jpgOm te achterhalen wat zich tijdens de inwijdingsrituelen in de tempel afspeelde, ga ik te rade bij De Gouden Ezel , de Latijnse roman van Berber Apuleius, die in diezelfde tweede eeuw, na zijn studies in Athene is blijven hangen. Misschien gedreven door zijn in Nea Makri opgedane enthousiasme voor de godsdienst van Isis, vertrok hij rond zijn dertigste naar Egypte en schreef daar “op Egyptisch papyrus en met een geslepen riet van de Nijl” zijn oriëntalistische roman. Aan de oorspronkelijk Griekse road movie over Lucius die in een ezel verandert, voegde hij ​ als ingewijde autobiografische elementen, het centrale sprookje van Cupido en Psyché en een instructief sluitstuk over de cultus van Isis toe. In die finale laat hij de schitterende godin met de vele namen, bij volle maan zoals de schijf op haar kroon, uit de zee tevoorschijn komen. ’s Anderendaags bij het opkomen van de zon, wordt de ‘inwijdeling’ opgenomen in een processie. Als de priesters zich aansluiten, worden hun attributen één voor één beschreven: de grote gouden lampen in de vorm van een boot, een klein altaar, een palmtak, een staf van Mercurius, een klein gouden kommetje rond als een vrouwenborst waaruit melk wordt gegoten, een gouden waaier versierd als laurier, een mysterieuze kist met nog meer geheime voorwerpen, een beeld van de godin en een ander onbeschrijfelijk vreemd wezen en een lamp met opvallende Egyptische figuurtjes. Het is alsof ik door het museumpje van Marathonas loop.

 


images/theo augustus 2 bewerkt.jpgBij de beschrijving in De Gouden Ezel probeer ik mij ook de initiatie zelf voor te stellen, maar Apuleius blijft discreet: “de eigenlijke inwijding wordt uitgevoerd als een ritueel van vrijwillige dood en redding door gebed. Alleen mensen wier leven afgerond is en klaar zijn voor de laatste dagen, kunnen uitverkoren worden omdat alleen bij hen de geheimen van de sekte veilig zijn. Door goddelijke voorzienigheid worden zij herboren en krijgen een vernieuwde gezondheid”. En als het dan eindelijk zo ver is, wordt hij, alsof hij aan een geheim gebonden is, niet veel concreter: “ik werd naar de diepten van de dood tot aan de drempel van (de godin) getrokken en vooraleer ik kon terugkeren, reisde ik door alle elementen. In het diepst van de nacht zag ik de zon helder schitteren en kon de goden van dichtbij aanbidden”. Als de ingewijde weer zichzelf is, volgt de rituele tewaterlating van een Egyptisch modelschip volgeladen met offerandes, op het strand vlakbij de tempel. Daarna keren de priesters door de poort van het heiligdom terug naar de binnenruimte om hun geheime voorwerpen op te bergen. Een paar jaar geleden, toen ik na een bezoekje aan de site terug naar mijn  golfjes van het strand, plots een dame tevoorschijn. Ze bukte zich en nam uit haar tas een laken, geen ritueel laken maar een badlaken, en droogde zich af. Zij was noch Isis noch Demeter, en haar zwemoefening zeker geen inwijdingsritueel, maar vrijwel zeker voerde zij een al even mysterieus verzorgingsritueel in de cultus van het lichaam uit.

 

Tot volgende keer,

Theo

Sponsored and build by dutch66.com © All rights reserved

Login or Registreer

LOG IN